Blog
19-02-2018 Geschreven door Ard-Jan Visser
Wie zich oriënteert op het aankopen van een (grootformaat) beeldscherm voor bijvoorbeeld narrowcasting toepassingen krijgt te maken met een wirwar van technologieën en bijbehorende termen. Veel benamingen worden door elkaar gebruikt, iets wat het er niet makkelijker op maakt om de verschillende mogelijkheden van elkaar te onderscheiden. Laat staan een goede keuze te maken! Zo heb je lcd, led (wat eigenlijk ook lcd is – logisch toch?), oled en in- en outdoor led displays. Mocht je al wijs worden uit de verschillende technologieën dan rijst de vraag, voor welke toepassing is welke technologie het meest geschikt? In deze blog probeer ik daar antwoord op te geven.
In 1992 kwam Fujitsu met het eerste plasmascherm (21 inch) dat beelden in kleur kon weergeven. De ontwikkelingen volgden elkaar snel op en rond de millenniumwisseling werden plasmaschermen beschouwd als opvolger van de traditionele beeldbuis. De naam plasmascherm - een benaming die nog steeds weleens wordt gebruikt voor “platte schermen” - ontleent zich aan de manier waarop het beeld werd opgebouwd. Plasmaschermen bestonden uit vele kleine cellen gevuld met gassen die onder invloed van een elektrische lading ioniseerden; geïoniseerd gas noemt men ook wel plasma.
Tegenwoordig worden er geen plasmaschermen meer gemaakt. In 2014 verlieten de laatste fabrikanten de markt, waardoor sindsdien geen nieuwe modellen meer zijn uitgebracht. Dit is overigens volledig te wijten aan de doorontwikkeling van lcd technologie.
Lcd schermen zijn dus de vervanger van plasmaschermen. Een lcd display werkt niet met gassen maar door middel van vloeibare kristallen (Liquid Crystal Display) die door elektrische schokjes de draairichting van het licht veranderen. Per pixel zijn er drie van deze kristallen in de kleuren rood, groen en blauw. Met deze kleurcombinaties zijn alle kleuren te vormen en door geen licht door te laten is ook zwart beeld mogelijk. Om het beeld zichtbaar te maken is er dus licht nodig. Bij een lcd display bestaat de lichtbron uit CCFL lampen, een soort van kleine tl-buisjes, die de lcd's van achteren aanlichten. Omdat deze relatief groot zijn van formaat is een lcd televisie nog redelijk dik.
Waar de eerste generatie lcd schermen verlicht werden met CCFL lampen gebeurt dat in de nieuwere generatie met kleine ledlampjes. Het grote verschil is dus de achtergrondverlichting. Ook een led display werkt met vloeibare kristallen en maakt dus gebruik van dezelfde lcd technologie. Doordat led lampjes een stuk dunner zijn dan traditionele lampen zijn displays met led verlichting een stuk minder diep. Ook zijn led lampjes een stuk milieuvriendelijker en hebben een langere levensduur.
Binnen led technologie worden grofweg twee varianten gebruikt… Edge led en full led of direct led. Bij edge-led zitten de led-lampjes alleen in de randen van het beeldscherm. Een speciale laag achter de lcd’s zorgt voor een egale verdeling van het licht over het scherm.
Bij een full-led of direct-led zitten de led lampjes direct achter het lcd paneel. Met als voordeel dat het licht egaler over het beeldoppervlak wordt verdeeld wat een betere beeldkwaliteit kan opleveren. In sommige modellen worden de led’s in groepen aangestuurd. Dit wordt ‘local dimming’ genoemd. Omdat daar waar het beeld donkerder moet zijn, de led’s minder intens kunnen branden wordt er een hoger contrast en diepere zwartwaarden gerealiseerd.
Een technologie die een opmars aan het maken is, is oled (organic led). Oled wordt al langer gebruikt voor schermen in smartphones en tablets maar is door het lastige productieproces nog relatief duur. Ook hebben oled schermen (nu nog) een kortere levensduur dan (lcd) led schermen. Wel is het contrast van een oled scherm veel beter. Je ziet bij een oled display in zowel de lichte als donkere delen van het beeld nog veel details. Daarbij hebben ze een grote kijkhoek en zijn nog milieuvriendelijker.
Om het nog iets ingewikkelder te maken, zijn naast lcd displays met led aanlichting ook nog in- en outdoor led displays. Snapt je het nog? Dan worden die grote videoschermen bedoeld die ingezet worden als digitale billboards en op gevels. Maar ook op indoorlocaties duiken deze schermen steeds vaker op.
Led staat voor ‘Light Emitting Diode’, dit is een halfgeleider die stroom afgeeft zodra er stroom doorheen loopt. In deze schermen wordt dus geen gebruik meer gemaakt van lcd-technologie. Binnen de led technologie kunnen we onderscheid maken in twee soorten.
Doordat de led-technologie de afgelopen jaren een vlucht heeft genomen, is de kwaliteit en levensduur sterk verbeterd terwijl de prijzen zijn gedaald. Dat maakt communiceren met led voor steeds meer organisaties bereikbaar en interessant.
Welke technologie voor welke situatie het meest geschikt is, hangt af van vele factoren. Denk aan benodigde beelddiagonaal, locatie, type content dat weergegeven moet worden en uiteraard heb je dan vaak ook nog te maken met budgetten. Laat je daarom altijd adviseren door een specialist die de weg weet in het display doolhof. De mogelijkheden zijn groot en de ontwikkelingen staan nooit stil.
Meer lezen over in- en outdoor led? Download de gratis whitepaper.
Solution Architect